Amsterdam/Zoetermeer – Interbank moet binnen 24 uur de registratie van een cliënt van Dynamiet Nederland verwijderen, zo oordeelt de voorzieningenrechter van Rechtbank Amsterdam.
De cliënte van Dynamiet had in 2016 een doorlopend krediet afgesloten bij Interbank voor EUR 7.500,-. Na korte tijd is een betalingsachterstand ontstaan en is cliënte geregistreerd met een hardnekkige A2-coderingen in het BKR. De achterstand ontstond in de periode dat cliënte haar moeder verloor, net op zichzelf ging wonen én al haar spaargeld aan haar vader had gegeven om zijn onderneming van een faillissement te behoeden. Op eigen initiatief heeft cliënte een schuldhulpinstantie ingeschakeld, maar deze liet grove steken vallen in de behandeling van haar zaak. Uiteindelijk is door cliënte zelf de vordering bij Interbank afgelost.
Geen hypotheek door BKR-registratie
Nadat de vordering van Interbank was voldaan, kreeg cliënte van haar verhuurder te horen dat zij voor augustus 2020 de woning moest verlaten. De woning zal namelijk een kantoorpand worden. Cliënte heeft direct de zoektocht geopend naar een passende nieuwe woning en heeft een woning gekocht. Helaas kreeg zij van meerdere partijen te horen dat zij geen hypotheek kreeg, vanwege de BKR-registratie op haar naam. Met haar rug tegen de muur neemt zij contact op met Dynamiet Nederland om haar te helpen.
Juridische stappen
Dynamiet Nederland heeft direct contact opgenomen met Interbank om haar dossier te ontvangen en uiteindelijk bezwaar gemaakt tegen de registratie van persoonsgegevens in het BKR. Interbank wil, ondanks alle inspanningen, niet meewerken aan de verwijdering van de BKR-registratie. Het algemeen belang bij kredietregistratie zou zwaarder wegen dan het belang van de betrokkene. Dynamiet Nederland en haar cliënte besluiten samen een rechtszaak te starten. Gezien het feit cliënte een koopovereenkomst heeft getekend en maar een paar weken de tijd heeft de hypotheek rond te krijgen, is besloten een kortgedingprocedure op te starten.
De rechtbank
De rechtbank stelt vast dat het aan de kredietverstrekker is om aan te tonen dat het langer handhaven van de BKR-registratie noodzakelijk is. Deze afweging moet gemaakt worden aan de hand van de op dat moment bekende feiten en omstandigheden, dus ook de feiten die zich ná het registeren hebben voorgedaan. De BKR-registratie moet altijd voldoen aan de regels van proportionaliteit. De rechtbank wijst uitdrukkelijk op de uitspraak van de Hoge Raad uit 2011.
Verder oordeelt de rechtbank dat het inderdaad klopt dat er betalingsproblemen zijn geweest. Maar cliënte heeft duidelijk uitgelegd hoe zij in deze situatie terecht is gekomen. Eerst heeft zij haar moeder verloren, daarna heeft zij haar vader van de financiële afgrond geprobeerd te redden en hierdoor is zij haar spaargeld kwijtgeraakt. Zij was nog jong, stond voor het eerst op eigen benen en raakte vervolgens ook nog werkloos. Zij heeft zelf een instelling ingeschakeld om haar te helpen met haar financiën. Deze hebben de zaak erg slecht behandeld en daar zij zij de dupe van geworden. Onderaan de streep heeft zij zich wel altijd ingezet om het onderste uit de kan te halen en de schuld op een zo goed mogelijke manier in te lossen.
Het belang van kredietverleners om voor cliënte te worden gewaarschuwd, is volgens de rechtbank uiteindelijk klein te noemen. De achterstand die tot de BKR-registratie heeft geleid, geeft op dit moment geen aanleiding om te vrezen voor overkreditering, zo oordeelt de rechter. Daartegenover staat dat cliënte een bijzonder groot belang heeft bij de verwijdering van haar BKR-registratie. Zij staat met haar rug tegen de muur en moet een woonruimte hebben. Het is dan ook van groot belang dat de koop van de woning door kan gaan.
Open het vonnis